Verslag 20
DE NACHTRIDDER: week 16+17: (van 17 juni tot 22 juni)


Hallo,
De weg tussen hemel en hel is lang en bochtig in Noorwegen: dat ondervind ik meteen tijdens mijn eerste nachtrit. Ik vertrek uit Jorpeland en na zo’n luttele 251 km kom ik aan in Kinsarvik. Onderweg heb ik reden om te vieren: vandaag rijd ik mijn 10.000ste kilometer! In afwachting van iets steviger stel ik mij tevreden met enkele slokjes fris water.
In tegenstelling tot wat ik verwacht had, kom ik geen kuddes rendieren tegen, maar mag ik me al gelukkig prijzen als er zich eentje de weg over waagt – gelukkig niet op het moment dat ik net uit de bocht kom! Het voordeel van de nacht is dat ik nu de soms 4 km lange tunnels voor mij alleen heb en niet moet uitkijken voor aanstormend verkeer.

Mijn tweede nachtrit zal voor altijd een onvergetelijk avontuur blijven. Het programma, waarvoor een normale toerist een hele week uittrekt, is veelbelovend. Ik begin aan het Hardangerfjord en merk meteen waarvan de mensen hier leven: dank zij het gunstig klimaat sieren fruitbomen de hellingen langs de oevers. Ik sta in bewondering voor de ene waterval naar de andere: het majestueuze spel tussen zonlicht, bergen en waterdamp is gewoonweg schitterend.
Via de hoogte van Gudvangen daal ik af naar de grootste fjord van Noorwegen, namelijk het Sognefjord: 250 km lang en meer dan 1700 m diep, je zou voor minder voor de overzetboot kiezen. Deze diepste en langste fjord was vroeger de verkeersader voor de regio. Zonder veerpont komt men in het fjordengebied niet ver: meer dan 200 stuks verbinden de wegen met elkaar.

Als ontbijt krijg ik vandaag de beklimming van de hoogste Noord-Europese bergpas voorgeschoteld: Jotunheimen of "het huis van de reuzen". Met meer dan 200 km in de benen nog een hoogte van 1427 m overbruggen, langs muren van sneeuw en ijs … ik begrijp meteen aan den lijve wat men in wielrennerstermen bedoeld met fluwelen benen.
"De 37km. lange klim van quasi nul tot 1440 m brengt men alleen tot een goed einde als de auto in goede conditie is" lees ik in mijn reisgids. Hm! Mijn ‘motorke’ draait in ieder geval op volle toeren.

Op de camping in Lom wordt er genoten van een broodnodige siësta. Met de planning voor de komende dagen in het achterhoofd begin ik aan het vervolg van mijn fjordenavontuur.
Het Geirangerfjord, het meest gefotografeerde fjord ter wereld en het Mekka voor de cruiseschepen lokt bij menig toerist een uitroep van bewondering uit.
Elf haarspeldbochten verder geniet ik van het 'utsikt' op de Trollstigvei – wat niets anders betekent dan het ‘trollenpad’.

Hier sluit ik mijn fjordenavontuur af, klaar voor de grootste uitdaging van de week: de spaghetti wordt gekookt, de benen worden ingesmeerd en het zitvlak ingevet, klaar dus voor de 340km. lange rit Dombas-Oslo! Met mijn volgeladen Koga, stel ik me strategisch op om enkele kiekjes te kunnen nemen van de snelste onder de snelste. Met een derde groepje waag ik mijn kans en sluit aan. Na honderd kilometer besluit ik het op mijn eentje wat rustiger aan te doen, kwestie van heelhuids en met mijn hele huishouden in Oslo aan te komen.
Want … daar wacht mij nog een 3-daags bezoek aan de stad samen met Anni, mijn reisgenote in Noorwegen! Wordt zeker vervolgd!


 

©2002 iWEB