Verslag 29
OP WEG DOOR GRIEKENLAND: week 25: (van 18 tot 23 augustus)

Yasu,
Alvorens ik deze Griekse begroeting zal kunnen gebruiken moet ik nog een dagje doorfietsen in Bulgarije. Vandaag gaat de tocht door het bekende Bulgaarse skiparadijs Bansko. Het stadje is een echt spinnenweb van kasseistenen straatjes. Nu het nog volop zomer is moet de streek het voornamelijk hebben van de klim en trekking mogelijkheden in het Prin Nationaal Park.

Eenmaal over de grens met Griekenland ben ik na lange tijd terug in één van de 12 eurolanden. Alhoewel er de eerste kilometers weinig of geen verschil op te merken valt met Bulgarije krijg ik toch een onbestemd EU-‘thuis’ gevoel.
Net zoals de Bulgaren hanteren ook de Grieken een ander alfabet. Nu ik het Cyrillisch schrift net wat onder de knie begin te krijgen wordt mij deze week het Grieks voorgeschoteld. Dit alles maakt ook communiceren met de bevolking er niet makkelijker op. Nu alleen nog maar hopen dat de mensen hier niet ‘ja’ knikken als ze ‘neen’ bedoelen.

Het is 4 uur als ik het centrum van Fidocastro binnenfiets, het moment dat de siësta voorbij is en de winkeliers hun winkels weer openen. Net op tijd voor de dagelijkse inkopen. Een geldautomaat met plaatselijke munt zoeken is niet nodig want ik nog net genoeg "oude" overgebleven Oostenrijkse euromuntjes over. Handig toch, die euro!
Als de avond valt en er volgens mijn kaart in de wijde omgeving geen camping blijkt te zijn moet er weer eens worden gezocht naar een alternatief voor de nacht. Mijn oog valt op een mooi stukje bouwgrond, dat nog nageniet van de ondergaande zon. Over enkele maanden zal hier wellicht een rijke Griek zijn nederige villa laten bouwen, maar voor vanavond is dit plekje voor mij. Ik sla er mijn tentje op en geniet van een heerlijke nachtrust.

Mijn gepland bezoek aan Thessaloniki, de 2de grote stad na Athene, wordt mede door het goede weer afgelast. Snel doorfietsen en vanmiddag zonnen op één van de mooie Egeïsche stranden, dat zijn mijn plannen voor vandaag. Ik wed dat niemand mij ongelijk zou geven.
Ik trek een denkbeeldige lijn van oost naar west en reis zo van de Egeïsche Zee naar de Adriatische Zee dwars door het Pindos gebergte.

Mij eerst etappe brengt mij naar Kalabaka, een stadje gelegen aan de voet van een toch wel zeer merkwaardige rotsformatie. Ten noorden daarvan ligt Meteora, een uitzonderlijke bestemming. Op de top van de 24 onherbergzame rotsblokken zijn kloosters neergeplant, maar 5 daarvan zijn alleen nu nog bewoond. Hoe men destijds de kloosters bouwde blijft nog steeds een raadsel.

Vooraleer ik verder afdaal naar de kust rest mij nog de beklimming van de Katara Pas die met zijn 1690 m hoogte ongetwijfeld één van de hoogste bergpassen op Griekse bodem is.
Na een ongelooflijke en kilometers lange klim, recht op de trappers, kom ik glimlachend en hijgend tegelijk boven aan Hier wacht me niet alleen een hemels panorama, maar ook een superlange afdaling!

Ik kom tot stilstand in de havenstad Igoumenitsa, gelegen rechtover het eiland Corfu. Vlug ga ik op zoek naar een camping want morgenvroeg meer ik af voor een boottocht van een etmaal lang, naar het Italiaanse Venetië. De oorspronkelijke plannen om Sicilië, Sardinië en Corsica te bezoeken heb ik opgeborgen. Al die overzetboten nemen een serieuze hap uit mijn budget en daarenboven is het er natuurlijk erg warm. De hitte belet me om goed te slapen ‘s nachts en een slechte nachtrust kan ik missen als kiespijn! Maar niet getreurd ik heb de reisroute aan mijn ritme aangepast: het is te zeggen, in plaats van te luieren op de stranden zal ik zwoegen in de Alpen, want vanaf Venetië wacht mij een ‘uitdaging in de uitdaging’. Als klap op de vuurpijl voor mijn Europatocht wil ik de "Transalp" fietsen. Dit komt er op neer dat ik een 50-tal Alpencols wil overbruggen met als beginpunt het Italiaanse Venetië en met eindpunt het Franse Nice. Onderweg wil ik natuurlijk nog van de Zwitserse Alpen een ‘colletje’ meepikken.
Maar eerst wordt er voor de laatste keer diep in de portemonnee getast voor het laatste bootticket! Tot later!

 

©2002 iWEB