Verslag 32
ZWITSERSE HOOGSTANDJES: Week 28+29 (van 8 tot 18 september)

Dag,
Na 10 dagen komt ook aan de 5de en laatste familiereünie een eind. Papa en Robin moeten weer aan de slag en staan vertrekkensklaar. We nemen afscheid op de 2758m hoge Passo dello Stelvio, bekend uit de Giro d’Italia. Dat een vader altijd probeert om zo goed mogelijk voor zijn kinderen te zorgen, lijkt voor mij als een paal boven water te staan. Papa regelt dan ook m’n Koga tot in de puntjes af en ik word beladen met allerhande voedselvoorraad. Zo raas ik met zeker 60 kilo balast, de om zijn talrijke haarspeldbochten bekende Stelvio af……

Met een 2-daags verblijf in Bormio probeer ik ook deze keer zoveel mogelijk alpencols van mijn verlanglijstje af te werken. Met de Passo dello Mortirolo beklim ik ongetwijfeld één der steilste bergpassen om maar te zwijgen van de minder bekende maar zeker niet te onderschatten Umbrailpass.
Mijn uitstap naar het taksvrije wintersportoord Livigno zal ik niet licht vergeten. Terwijl ik in Oost-Europa aan elke grenspost als een held werd ontvangen, word ik hier onderheven aan een kleine smokkelcontrole. "Haal je handbagage maar eens leeg" beveelt de douanier. En zeggen dat ik nog niet eens een ander land binnenfietsen wil!

Via de prachtige panoramaweg van de Berninapas fiets ik Zwitserland binnen. Ik bevind me al meteen letterlijk en figuurlijk in ‘hogere sferen’ want naast zijn ligging op een hoogte van 1830 m is Sankt-Moritz bezaaid met tientallen luxehotels. Gelukkig is er ook aan de man met de kleine geldbeugel gedacht, zodat ik eventjes later m’n tentje kan opslaan op een overigens heel democratisch geprijsde camping. Voor mij stelt die financiële rijkdom immers niet veel voor, dus geniet ik gewoon van de prachtige gletsjerwereld van de Berninagruppe en voel me wellicht een gelukkiger mens dan die luxelevenlijders.

Na 4 dagen hou ik het ook hier voor bekeken. Alle passen, die ik wou beklimmen zijn beklommen en de immer ijskoude nachten kunnen me ook niet meer verleiden om een extra nachtje te blijven. Via de Splugenpass en de Passo dello San-Bernardino fiets ik naar de enige Italiaans sprekende provincie van Zwitserland, namelijk, Ticino. In tegenstelling tot de normale toerist die deze streek bezoekt laat ik Bellinzona, Lugano en het Lago Maggiore links liggen en kies, … jawel voor de bergpassen. Bekende namen als de Gotthardpass, Furkapass en Sustenpass zet maar al te graag op m’n lijstje.
Vooral deze laatste zal ongetwijfeld een van m’n favorieten blijven!


 

©2002 iWEB